Minipil

De minipil is een anticonceptiepil die uitsluitend een progestageen hormoon bevat. De gebruikelijke anticonceptiepil bevat naast een progestageen ook een oestrogeen hormoon.

Het hormoon progesteron onderdrukt de eisprong en voorkomt zo dat er een eicel vrijkomt tijdens de cyclus. Daarnaast zorgt het hormoon ervoor dat de slijmprop in de baarmoederhals moeilijk doordringbaar wordt voor zaadcellen en dat het baarmoederslijmvlies minder geschikt is voor de innesteling van een bevruchte eicel.

Bij correct gebruik is de minipil even betrouwbaar als de gewone anticonceptiepil, wat betekent dat de kans op zwangerschap 0,3% per jaar bedraagt. Omdat de minipil minder hormonen bevat dan de combinatiepil, veroorzaakt deze doorgaans ook minder bijwerkingen. De minipil beschermt enkel tegen zwangerschap, niet tegen soa’s.

In de regel schrijft een arts als eerste keuze “de pil” voor, dit is een pil met beide vrouwelijke hormonen. Hierdoor is de kans op tussentijds bloedverlies kleiner. Door het ontbreken van oestrogeen is de minipil echter ook geschikt voor vrouwen die:

• een verhoogd risico hebben op trombose of andere hart- en vaatziekten
• borstvoeding geven
• roken
• ouder zijn dan 35 jaar
• in de menopauze zijn en veel hinder ondervinden van hormonale klachten.

De meeste merken van de minipil bevatten 28 tabletten per strip. Neem dagelijks één tablet, eventueel met wat water. U mag de tabletten met of zonder voedsel innemen, maar het is belangrijk dat u de tabletten elke dag rond hetzelfde tijdstip inneemt. U heeft hierbij een marge van maximaal 12 uur.

Na het beëindigen van de strip stopt u niet, maar begint u onmiddellijk met een nieuwe strip. Aan het begin van de nieuwe strip treedt een onttrekkingsbloeding op.

De richtlijnen zijn afhankelijk van uw beginsituatie:

Heeft u de afgelopen maand geen hormonaal anticonceptiemiddel gebruikt?

Begin dan met de pil op de eerste dag van uw cyclus (dit is de eerste dag van uw menstruatie). U bent dan onmiddellijk beschermd tegen zwangerschap.

Overschakeling van een hormonale combinatiepil?

In dit geval begint u best met de minipil op de dag na de laatste werkzame tablet (de laatste tablet met werkzame bestanddelen) van uw vorige pilstrip, maar niet later dan op de dag na de tabletvrije dagen van uw vorige pil (of na de laatste niet-werkzame tablet van uw vorige pil).

Volg het advies van uw arts wanneer u overschakelt van een gecombineerde vaginale anticonceptiering of anticonceptiepleister.

Overschakeling van anticonceptie met enkel een progestageen?

Voorbeelden hiervan zijn de minipil, prikpil, een implantaat of een progestageenspiraaltje. U kan elke dag starten. Houd er echter rekening mee dat u in elk geval de eerste 7 dagen van het pilgebruik een extra voorbehoedmiddel dient te gebruiken.

Na een miskraam of abortus?

Volg het advies van uw arts.

Na een bevalling?

U kan tussen dag 21 en dag 28 na de bevalling starten met de minipil. Indien u na dag 28 begint, dient u de eerste 7 dagen een extra voorbehoedmiddel te gebruiken, zoals een condoom.

Wat u moet doen hangt af van het type pil dat u gebruikt. In het algemeen geldt het volgende voor de minipil:

• Bent u minder dan 12 uur te laat? Neem de pil dan alsnog in. U hoeft geen extra voorbehoedsmiddelen te gebruiken of andere maatregelen te treffen.
• Bent u meer dan 12 uur te laat? Neem de pil dan alsnog in en gebruik gedurende zeven dagen een extra voorbehoedmiddel, zoals een condoom.
• Bent u de pil in de eerste week van de strip vergeten en heeft u de week voordien seks gehad? Dan kan u zwanger zijn. Neem in dit geval contact op met uw huisarts.

Lees steeds de bijsluiter van uw anticonceptiepil om er zeker van te zijn dat u de pil correct inneemt.

Heeft u last van ernstige waterdunne diarree of moet u braken binnen 4 uur na het innemen van de pil? Neem dan een nieuwe pil in zodra de maag en darmen weer tot rust zijn gekomen.

De minipil bevat uitsluitend het hormoon progesteron. De dosering varieert per merk.

Zoals elk geneesmiddel kan ook de minipil bijwerkingen veroorzaken, al krijgt niet iedereen hiermee te maken.

Bijwerkingen minipil:

• Gespannen borsten
• Vochtophoping
• Stemmingswisselingen
• Hoofdpijn
• Bloedverlies tussen de menstruaties door

Houd er rekening mee dat door het gebruik van de minipil uw menstruaties na verloop van tijd minder kunnen worden en soms zelfs volledig kunnen uitblijven. De minipil blijft echter betrouwbaar en u hoeft niet ongerust te zijn over een zwangerschap indien u de pil correct gebruikt. In de eerste maanden na het starten met de minipil kan het voorkomen dat u wat extra vocht vasthoudt of dat u last heeft van hoofdpijn of stemmingswisselingen. Dit zijn normale bijwerkingen die doorgaans snel verdwijnen.

Wanneer u stopt met het gebruik van de minipil, herneemt uw normale cyclus vrijwel onmiddellijk. U kan stoppen wanneer u wenst en hoeft niet noodzakelijk een strip af te werken. In de meeste gevallen krijgt u na enkele dagen een bloeding. U bent onmiddellijk na het stoppen opnieuw vruchtbaar.

Houd er tot slot rekening mee dat het risico op borstkanker iets hoger is bij vrouwen die hormonale anticonceptie gebruiken dan bij vrouwen die geen hormonen gebruiken. Bij vrouwen ouder dan 50 jaar neemt het risico op het ontwikkelen van borstkanker toe, daarom wordt pilgebruik voor hen afgeraden.

Ook bij vrouwen die in het verleden borstkanker hebben gehad, kan het voorkomen dat de tumor opnieuw groeit of terugkomt door het gebruik van hormonale anticonceptie. In dit geval kiest u beter voor een andere anticonceptiemethode. Controleer uw borsten regelmatig en neem steeds contact op met uw huisarts indien u een knobbeltje in uw borst voelt.

Neem steeds contact op met uw huisarts indien u last heeft van het volgende:

• Spierpijn in een van de kuiten
• Aanhoudend bloedverlies tussen de menstruaties door
• Onverklaarbare pijn op de borst
• Knobbeltje in de borst
• Aanzienlijke gewichtstoename
• Toename van vaginale afscheiding
• Ontstaan of verergering van depressieve gevoelens

Hoewel de minipil voor veel vrouwen geschikt is, mag u deze niet gebruiken in de volgende gevallen:

• U heeft een trombose gehad.
• Een ernstig verhoogd cholesterolgehalte.
• Een ernstig verhoogde bloeddruk.
• Een leveraandoening.
• U heeft een bepaalde vorm van kanker gehad.
• U heeft ooit een hartinfarct gehad.
• U heeft ooit een hersenbloeding of TIA gehad.
• U bent allergisch voor een van de werkzame stoffen.

Bepaalde geneesmiddelen maken de pil minder betrouwbaar, voorbeelden hiervan zijn:

• Geneesmiddelen tegen epilepsie
• Geneesmiddelen tegen schimmelinfecties

Bepaalde geneesmiddelen tegen tuberculose:

• Norit
• Agarol
• Sint-Janskruid

Antibiotica hebben geen invloed op de werking van de minipil. Indien u een van bovenstaande geneesmiddelen langdurig moet gebruiken, kan het aangewezen zijn om over te schakelen op een andere anticonceptiemethode. Lees daarnaast steeds aandachtig de bijsluiter van uw pil om er zeker van te zijn dat u deze correct inneemt.

De minipil is uitsluitend verkrijgbaar bij de apotheek. Dit geneesmiddel is niet te koop bij een drogist.

Neen, dit geneesmiddel is voorschriftplichtig. U heeft dus een voorschrift van een arts nodig om het geneesmiddel bij de apotheek te verkrijgen. Koop nooit een minipil zonder voorschrift van een arts.

Heeft u vragen over de minipil? Dokteronline.com kan u verder helpen. Op onze website kan u een consult regelen met een erkende EU-arts, die u verder kan begeleiden en indien nodig de juiste behandeling zal voorschrijven.

https://www.apotheek.nl/medicijnen/minipil-met-desogestrel#belangrijk-om-te-weten-over-minipil-met-desogestrel

https://www.nhg.org/standaarden/samenvatting/anticonceptie

https://www.thuisarts.nl/anticonceptiepil/ik-wil-minipil-gaan-gebruiken